Leiderschap en genocidaal geweld in Rwanda

Het begin van de jaren negentig was een uitdagende periode waarin genocidaal geweld onvermijdelijk werd, met aanzienlijke variaties in heel Rwanda. De voormalige gemeenten Giti en Murambi zijn gevallen ter illustratie. Hoewel ze naar verluidt homogeen zijn op culturele en sociaal-economische gronden, vormen hun variaties in de steun van de bevolking voor genocidaal geweld het belangrijkste aandachtspunt in dit boek. Dit laatste benadrukt de wisselwerking tussen de topleiders, de leiders uit het middensegment en het basisleiderschap dat verantwoordelijk is voor welke vorm van steun dan ook onder de bevolking. Ver buiten dit samenspel wordt vastgesteld dat de leiders van het middenkader de belangrijkste katalysator blijven om de burgerbevolking te betrekken bij een vreedzaam of gewelddadig proces. Het verschil tussen Giti en Murambi is het gevolg van twee belangrijke redenen. De eerste is de mate van efficiëntie in het middenkader. De tweede heeft te maken met het basisdenken dat verschillende niveaus van dichotomie van de identiteit vertoonde. Het boek biedt inzichten aan beleidsmakers en ontwikkelingswerkers die zich bezighouden met het aansturen van sociale verandering van onderaf. Ook is het van groot belang voor de internationale gemeenschap en andere spelers in vredesprocessen in het gebied van de Grote Meren en daarbuiten.

L'auteur est enseignant à l'Université Nationale du Rwanda (UNR). Détenteur des diplomes de Baccalauréat et de Licence en Sciences Sociales (UNR), du MA en Sociologie (Stellenbosch University, Afrique du Sud) et d'un Doctorat en Peace and Development Research (Göteborg University, Suède), il est Chercheur Associé au Centre de Gestion des Conflits.